Actieve openbaarmaking
Ingeborg Harmsen
Tekst Pieter Verbeek
Pieter Verbeek is freelancejournalist
Beeld Ministerie van BZK
Actieve openbaarmaking krijgt per 1 november vorm. De eerste categorieën documenten worden vanuit de Wet open overheid (Woo) verplicht actief openbaar gemaakt. Het overheidsbrede programma Implementatie Actieve Openbaarmaking ondersteunt departementen en medeoverheden bij de implementatie ervan, vertelt programmamanager Ingeborg Harmsen.
De Wet open overheid (Woo) verplicht overheidsorganisaties bepaalde informatie actief openbaar te maken. In totaal gaat het om 17 informatiecategorieën, zoals wetten, beschikkingen en onderzoeksrapporten (artikel 3.3 Woo). Naast de informatiecategorieën worden ook beslisnota’s openbaar gemaakt en hebben overheidsorganisaties op dit moment al een inspanningsverplichting om zoveel mogelijk informatie actief openbaar te maken (artikel 3.1 Woo). De verplichting tot actief openbaar maken wordt stapsgewijs ingevoerd, verdeeld over vier “tranches”.
Eerste tranche
Vanaf 1 november is de eerste tranche van kracht, die betrekking heeft op diverse documenten, zoals wetten en algemeen verbindende voorschriften, besluiten van algemene strekking, vergaderstukken van de Staten-Generaal, en bereikbaarheidsgegevens van organisaties. Bedoeld om de transparantie van de overheid te vergroten en de toegankelijkheid van informatie voor de burger te verbeteren, aldus Harmsen. Sinds afgelopen juli is ze gestart als programmamanager Implementatie Actieve Openbaarmaking. Daarvoor werkte ze voor het ministerie van Justitie en Veiligheid, als programmamanager Open op Orde. ‘Het is een mooie mix van vertrouwd en nieuw,’ beschrijft ze de eerste maanden bij het programma. ‘Ik ken de mensen en het Open Overheid-domein en weet welke projecten er lopen, maar werk nu zowel rijksbreed als voor medeoverheden. Dat brengt extra uitdagingen en een nieuwe dynamiek met zich mee.’ Zonder een ordelijke informatiehuishouding is actieve openbaarmaking simpelweg niet mogelijk, aldus Harmsen. ‘Je moet immers weten waar de informatie zich bevindt en over de systemen beschikken om deze toegankelijk te maken.’
Maatschappelijke impact
Informatiehuishouding gaat niet alleen over opslag, maar ook over het adequaat beheren en ontsluiten van gegevens, zodat burgers toegang hebben tot de juiste en volledige informatie over hoe besluiten binnen de overheid tot stand komen. Een goede informatiehuishouding is dan ook essentieel om de doelen van de Woo te bereiken, waarbij de overheid transparanter wil zijn over haar handelen. Harmsen ziet hierin een duidelijke maatschappelijke impact. ‘Actieve openbaarmaking biedt burgers inzicht in het functioneren van de overheid en de manier waarop besluiten tot stand komen. Dit draagt bij aan het versterken van het vertrouwen in de overheid.’
Complexe dilemma’s
Tijdens haar werk voor het programma is Harmsen verschillende dilemma’s tegengekomen. Een belangrijk dilemma is toegankelijkheid versus begrijpelijkheid. De overheid produceert vaak complexe (juridische) documenten die mogelijk niet voor iedereen te begrijpen zijn. Harmsen: ‘De gemiddelde wet is lastig te lezen. Dat geldt ook voor bepaalde beslisnota’s of beleidsmatige stukken. Je kunt het dus allemaal openbaar maken, maar daar horen ook inspanningen bij om de begrijpelijkheid te vergroten. Daar zijn al verschillende initiatieven op, zoals bijvoorbeeld schrijven voor openbaarheid, waarbij bij het opstellen van een document de uiteindelijke openbaarmaking al in ogenschouw genomen wordt. Zo werken we eraan om te zorgen dat de openbaar gemaakte informatie voor een zo groot mogelijke doelgroep begrijpelijk is.’ ‘Een ander dilemma is de balans tussen kosten en middelen. Het verzamelen, beheren en openbaar maken van informatie vereisen middelen. We moeten met elkaar een balans zien te vinden tussen de kosten van transparantie en de voordelen ervan voor de samenleving.’
‘EEN GOED GEORGANISEERDE INFORMATIEHUISHOUDING IS DE BASIS VAN ALLES WAT DE OVERHEID DOET’
Meer vertrouwen?
Is er een punt waarop we kunnen vaststellen dat het openbaar maken van informatie daadwerkelijk bijdraagt aan meer vertrouwen in de overheid? Harmsen: ‘Dat is lastig meetbaar, maar het is een vraag waar we zeker mee aan de slag gaan.’ Een laatste belangrijk dilemma betreft de balans tussen transparantie en privacy. ‘Bij passieve openbaarmaking, waarbij documenten op verzoek worden vrijgegeven, zie je dat er informatie wordt weggelakt om de privacy van betrokkenen te beschermen. Hetzelfde geldt voor actieve openbaarmaking. We willen open zijn, maar tegelijkertijd moeten we zorgen dat ambtenaren hun werk zonder druk van buitenaf kunnen doen.’ Een belangrijk onderdeel van de implementatie van actieve openbaarmaking is de Woo-index. Dit platform indexeert actief openbaar gemaakte documenten van verschillende overheidsorganisaties en maakt deze vindbaar en doorzoekbaar vanaf één centraal ingangsplatform. Harmsen legt uit dat er gekozen is voor een zogeheten verwijsindex. ‘In plaats van dat alle openbaar gemaakte documenten op één plek opgeslagen worden, verwijst de index naar de bron, naar andere platforms als een gemeentelijke website, publicatieplatforms van overheidsorganisaties en collecties als Wetten.nl of Officiële Bekendmakingen.’
Functionaliteit uitbreiden
De Woo-index fungeert als een centrale zoekmachine, waarin burgers zeker kunnen zijn dat de gevonden documenten van betrouwbare overheidsbronnen afkomstig zijn. De basis van de Woo-index staat. En dat is belangrijk, nu de eerste tranche van documenten op 1 november verplicht openbaar wordt. In samenwerking met de overheden en betrokken leveranciers, wordt volop gewerkt aan het uitbreiden van de functionaliteit. Terwijl de eerste stap van actieve openbaarmaking bijna wordt gezet, kijkt Harmsen al verder. Ze heeft er vertrouwen in dat openbaarmaking uiteindelijk bijdraagt aan een groter vertrouwen in de overheid. ‘Een van de belangrijkste doelen van de Woo is om het vertrouwen van burgers in de overheid te versterken. Transparantie helpt om inzicht te geven in hoe de overheid werkt en hoe besluiten tot stand komen. Ik werk al jaren voor de overheid en heb van binnenuit gezien hoe zorgvuldig beslissingen worden genomen en hoe moeilijk sommige keuzes zijn. Door meer inzicht te geven in die processen hoop ik dat mensen de overheid beter begrijpen en waarderen.’ Harmsen benadrukt dat de weg naar een transparante overheid tijd kost, maar is optimistisch over de toekomst. ‘Het programmateam zet zich in om overheidsorganisaties te ondersteunen met training, advies en technische oplossingen. Uiteindelijk moet de implementatie van de Woo leiden tot een overheid die niet alleen open is, maar ook door de samenleving als betrouwbaar wordt gezien. ‘Transparantie is niet alleen het einddoel, maar een middel om de kloof tussen overheid en burger te dichten.’
Tekst André Plat
André Plat is redactielid Od Woo-index
In Woo-artikel 3.3 staan 17 informatiecategorieën (zoals wetten, onderzoeksrapporten en beschikkingen) die (op termijn) verplicht openbaar moeten worden gemaakt. Drie categorieën worden al openbaargemaakt. Per 1 november moeten nog twee categorieën ingevuld worden in de Woo-index: organisatie en werkwijze (1d) en bereikbaarheidsgegevens (1e). Op Koopoverheid.nl wordt inmiddels wekelijks een overzicht gepubliceerd (https://www.koopoverheid.nl/voor-overheden/rijksoverheid/woo-index/rapportage-eerste-tranche) van overheidsorganisaties die wel of niet aan de eisen voldoen. Op de KOOP-website staat onder andere wat verwacht wordt van je organisatie. Ook is er een mogelijkheid tot het bijwonen van invulsessies en/of het spreekuur BZK/RDDI. Voor meer achtergrondinformatie over de Woo, de actieve openbaarheid is er een item op Kia.pleio.nl gemaakt. Het overzicht laat op eenvoudige wijze zien of je organisatie al voldoet of niet. Meld je aan als Woo-index redacteur en vraag als nodig een Woo- index pagina aan KOOP. Bij twijfel of vragen kun je een vraag stellen via het contactformulier bij KOOP. Er is ook een relatie te leggen met onder andere het dashboard van Woogle.overheid.nl (https://index.wooverheid.nl/status). Dat dashboard geeft voor alle informatiecategorieën en voor groepen overheidsorganisaties inzicht in de voortgang. De tabel vertaalt <50 procent in een rode kleur, tot 75 procent in oranje en bij meer dan 75 procent kleurt deze groen. In een apart artikel in dit nummer (zie pp. 26-27) vind je hier meer gegevens over. Opvallend is dat de tabel voor gemeenten bij WooGLe een positiever beeld geeft dan het overzicht dat KOOP maakt. In het KOOP-overzicht voldoet een kwart van de gemeenten, terwijl dat bij WooGLe, die vulling meet en niet klasseert op voldoet of voldoet niet dat 40 procent is.