Gemeente Den Haag is voorloper
Keuken op orde
Tekst Pieter Verbeek
Pieter Verbeek is freelancejournalist voor Od
Tijdens een rondetafelgesprek over de Wet open overheid (Woo) begin dit jaar concludeerde het Adviescollege Openbaarheid en Informatiehuishouding (ACOI) dat er nog geen serieus werk wordt gemaakt van actieve openbaarmaking. Daar is meer orde in de informatiehuishouding voor nodig. De gemeente Den Haag heeft daar grote stappen in gezet met een eigen domeinarchitectuur en een kwartiermaker Woo.
Als openbaarheid als een restaurant is, dan is informatiehuishouding de keuken erachter, stelt Martin Berendse, vicevoorzitter van het ACOI. ‘En zonder goed ingerichte keuken kan een restaurant niet functioneren.’ Volgens het ACOI gaat er te veel informatie rond bij de overheid, die zich ook nog eens in ongeordende staat bevindt. Het Adviescollege heeft het over een “treurige staat” waarin de overheidsinformatie zich bevindt. Zo kan de uitvoering van de Woo nauwelijks succesvol zijn, schrijft het in het rapport Alles is niets. Er moeten keuzes worden gemaakt op het gebied van bewaren en vernietigen, onder sterke regie binnen wettelijke regels. De hoeveelheid informatie moet weer hanteerbaar worden, en op orde gebracht. Voor het hele functioneren van het openbaar bestuur, en zeker ook voor de uitvoering van de Woo.
Domeinarchitectuur IRMA
De gemeente Den Haag heeft haar keuken al goed op orde, en is daarmee een voorloper. Dat is onder meer te danken aan het werk van Koen Bakker, teammanager Expertisecentrum Data & AI, tevens lead Informatiehuishouding, Data- en Gegevensmanagement in Den Haag, een van de initiatiefnemers van IRMA, het Informatiebeheer Referentie Model Architectuur. Den Haag is volop bezig haar informatiehuishouding te moderniseren. Niet alleen vanwege wettelijke verplichtingen zoals de Woo, maar vooral om beter te kunnen inspelen op maatschappelijke opgaven, vertelt Bakker. ‘In de praktijk blijkt dat een complexe uitdaging, waarbij traditionele werkwijzen moeten worden losgelaten en nieuwe denkkaders hun intrede doen. We focussen nog steeds op papier en op eeuwig bewaren. Maar de wereld is digitaal en vooral gericht op vernietigen. Omdat de huidige wet- en regelgeving, zoals de Archiefwet, weinig houvast biedt in een digitale praktijk die snel verandert hebben we daarom een eigen kader ontwikkeld met IRMA.’ IRMA is het resultaat van 7 jaar werk en biedt een domeinarchitectuur die vakgebieden als IT, security en datamanagement met elkaar verbindt. De essentie? Zeven eisen (zoals toegankelijkheid, veiligheid en betrouwbaarheid) en tien bijbehorende voorwaarden waaraan goede informatiehuishouding moet voldoen. ‘Voorheen werd er alleen gezegd: je moet voldoen aan de Archiefwet. Maar nu is het concreet. Iedereen begrijpt waar we mee bezig zijn,’ aldus Bakker.
‘ZONDER EEN GOED INGERICHTE KEUKEN BLIJFT HET MOOISTE RESTAURANT LEEG’
Praktische tools en slimme systemen
Op basis van IRMA heeft Den Haag een aantal praktische oplossingen ontwikkeld. Een daarvan is een minimale metadataset, ondersteund door een entiteits-relatiediagram. Hiermee kunnen metadata grotendeels automatisch worden ingevuld, wat ambtenaren een hoop werk uit handen neemt. ‘Een medewerker hoeft alleen een titel in te voeren,’ legt Bakker uit. ‘De rest vullen wij automatisch aan, zodat de informatie meteen voldoet aan de wet- en regelgeving.’ Ook is een uitgebreide informatieplattegrond gemaakt, waarin inmiddels 1675 gemeentelijke processen zijn beschreven, inclusief bijbehorende Woo-categorieën, bewaartermijnen, risico-inschattingen en onderliggende applicaties. Hierdoor weten de medewerkers in Den Haag precies welke informatie ze moeten bewaren– en vooral: wat niet. Uit analyse blijkt dat maar liefst 83 procent van alle processen resulteert in informatie die vernietigd moet worden, binnen een termijn van zes weken tot 110 jaar. Bakker: ‘Dus eigenlijk moeten we meer gaan kijken naar de 17 procent die we wel echt mogelijk moeten bewaren. Hoe ga ik daar het beheerregime voor inrichten?’
Verandering van mindset
Een van de grootste obstakels zit dan ook niet in techniek, maar in cultuur. ‘We hamsteren nog steeds,’ zegt Bakker. ‘We durven niks weg te gooien. Veel mensen binnen het vakgebied houden vast aan oude routines, die nog stammen uit het papieren tijdperk. Automatisering en digitale tools worden te weinig benut.’ Bakker pleit dan ook voor een andere aanpak van personeelsbeleid. ‘We moeten niet alleen zoeken naar mensen met klassieke informatiebeheervaardigheden, maar juist naar mensen die communicatief sterk zijn, overtuigingskracht hebben en denken vanuit de maatschappelijke opgave.’ Berendse deelt deze visie. ‘Informatiehuishouding moet niet langer worden gezien als een last, maar als een faciliterend fundament voor openbaarheid, privacy, AI-toepassingen en compliance. Het is de keuken van de overheid. Het is misschien niet sexy, maar wel essentieel.’ Het ACOI benadrukt dat er structurele meerjarenplannen moeten komen op álle bestuurslagen – van rijk tot waterschap – om informatiehuishouding toekomstbestendig te maken. De Woo speelt hierin een centrale rol, maar is slechts één onderdeel van het grotere geheel. Berendse is enthousiast over de 83/17-analyse van Den Haag. ‘Dat dwingt je om keuzes te maken. Niet alles hoeft bewaard te worden, en wat je bewaart moet je bewust beheren. Dat vraagt om een technologiegedreven benadering en niet om eindeloos metadata overtypen.’
‘EEN VAN DE GROOTSTE OBSTAKELS ZIT DAN OOK NIET IN TECHNIEK, MAAR IN CULTUUR’
Van buiten naar binnen
Den Haag loopt in veel opzichten voorop, mede doordat ze informatiebeheer, gegevensmanagement en AI integraal benadert. Toch zijn er ook uitdagingen. Zo houden mensen vaak vast aan oude manieren van werken. Ook vraagt de opkomst van AI om extra waakzaamheid: ‘Je kunt geen zelflerende systemen bouwen op basis van verouderde of irrelevante informatie,’ waarschuwt Bakker. Positief is dat er binnen de top van de organisatie veel draagvlak is, mede door het Data- en AI-expertisecentrum, dat een aantal jaren geleden is opgezet. Ook de samenwerking met de Woo-kwartiermaker, Maaike van Langelaan, draagt bij aan bewustwording en beweging binnen de gemeentelijke organisatie. Zij helpt mee om een nieuwe wind te laten waaien: van regels en applicaties naar maatschappelijke betekenis. ‘We moeten stoppen met denken vanuit systemen,’ zegt Bakker. ‘We moeten denken vanuit de burger, de journalist, de ondernemer. Wat hebben zij nodig? Dat is onze opdracht.’ Deze buiten-naar-binnenbenadering wordt in Den Haag concreet gemaakt in samenwerking met verschillende afdelingen en in dialoog met stakeholders. Zo werkt de gemeente aan een informatiehuishouding die niet alleen voldoet aan wetgeving, maar ook daadwerkelijk bijdraagt aan transparantie, efficiëntie en vertrouwen in de overheid. Informatiehuishouding is meer dan archiveren, stelt Bakker: het is een strategisch fundament voor moderne overheidsvoering. Berendse is het ermee eens. Het ACOI moedigt dan ook gemeenten en andere overheden aan om durf te tonen, keuzes te maken en informatiebeheer structureel te verankeren in hun organisatie. ‘Want zonder goed ingerichte keuken, blijft ook het mooiste restaurant uiteindelijk leeg.’
Meer weten over het rapport Alles is niets? Zie: https://www.acoi.nl/publicaties/publicatie/mt4wvbzc/alles-is-niets.-advies-over-meerjarenplannen-digitale-informatiehuishouding.