Gewoon even volhouden

Er wordt opvallend vaak gemopperd over de Wet open overheid (Woo): waar zijn we in hemelsnaam mee bezig? Meestal gevolgd door: bureaucratisch, traag of ronduit onwerkbaar. De laatste maanden hoor ik daar steeds vaker ‘te onveilig’ bij. Maar opmerkelijk genoeg gaat veel van die kritiek over een wet die nog niet eens volledig van kracht is. De kern van de Woo – de actieve openbaarmaking door overheden – zit midden in de uitrol, met tijdlijnen die tot in 2028 lopen. Toch lijkt het publieke oordeel al geveld. Het is makkelijk scoren op een half gebouw dat het nooit het paleis op de Dam zal brengen of zal leiden tot de inval van de vijand. In een ver verleden gebruikte een gezellige oom op verjaardagen dat argument al om tegen vrouwen in leidinggevende functies te zijn. Dat zou de overheid verzwakken waar de Russen op zaten te wachten om direct naar binnen te stormen. Het land was dan immers te weerloos geworden en ten ondergegaan aan gezeur en theedrinken.  De Woo is een bouwwerk en geen schakelaar die je omzet. Openbaarheid is een cultuurverandering die organisaties dwingt anders te denken over informatie: van geheim tenzij, naar openbaar tenzij. Van wat we kwijt willen aan de samenleving naar: waar heeft iedereen recht op? Ik vermoed dat het tussen de oren zitten van de gedachte ‘dit wordt straks misschien wel openbaar’ een nog groter democratisch goed is dan de wet zelf. Alhoewel ik me ook wel realiseer dat dit het type van mijn oom op verjaardagen niet zou hebben tegengehouden. Hij zou de huidige geopolitieke situatie schaamteloos gekoppeld hebben aan doorgeschoten diversiteit. De wet vraagt niet alleen techniek, maar vooral tijd, oefening en lef. En net als bij veel in het leven: jongens, gewoon even volhouden. De eerste stappen, hoe stroef ook, laten zien dat overheden wel bewegen en slimme werkwijzen vinden. Kijk even mee met de Transparantieprijs die wordt uitgereikt door de Maatschappelijke Coalitie en naar de verwachting van de VNG dat het aantal te behandelen Woo-verzoeken daadwerkelijk kan afnemen de komende jaren. Want steeds meer documenten, convenanten en beslisnota’s worden openbaar gemaakt, ook als ze niet verplicht openbaar zijn volgens de wet. Dat is winst, ook als het nog rommelig gaat. De echte toets komt pas als actieve openbaarmaking landelijk volledig draait in al haar facetten en de overheid zo transparant als mogelijk is. Tot die tijd is kritiek pas echt waardevol als ze helpt verbeteren, niet ontmoedigen. Transparantie groeit niet in een jaar, maar wortelt langzaam… In de praktijk, in beleid en in vertrouwen. Daar zijn we in hemelsnaam mee bezig.

Jacqueline Rutjens is redactielid Od

Deel dit artikel

Inhoud