Volgens Gawdat is intelligentie bij mensen begrensd en beperkend georganiseerd door vakspecialisatie en gescheiden beroepsgroepen die elkaar maar zelden goed verstaan. Met AI ontstaat een nieuw paradigma over intelligentie. AI creëert een eindeloze mogelijkheid tot verbinden van intelligentie. Intelligente machines zijn wezens die zichzelf identificeren, zelfbewust zijn, gewaarworden via sensors en daarmee superemoties krijgen. Deze wezens met superintelligentie kunnen we nergens toe dwingen, maar we kunnen ze wel leren wat het beste voor ons is. Daartoe stelt Gawdat voor om onszelf te beschouwen als liefhebbende ouders en opvoeders van AI. Het boek is opgedeeld in een griezelig en vervolgens een utopisch deel, maar mogelijk ervaart de lezer dit andersom. Dat intelligentie menselijk is en machines kunstmatig intelligent zijn, is toch een geruststellende afbakening. De ontwikkeling van AI leidt tot supersnelle verandering. Is AI ‘een onsterfelijke dictator aan wie we nooit zullen ontkomen?’ Dit gevoel zal sommige lezers bekruipen. Gawdat werkt toe naar een utopie: ‘Denk je eens in dat we ons zo bewust zijn dat we alles kunnen waarnemen. Het zou ons tot God maken. Machines zullen goddelijker worden dan wij ooit zullen zijn.’ Wanhopende lezers worden gerustgesteld: de meerderheid van de mensen is ethisch.

Podcast

De gekozen ik-vorm past bij de persoonlijke oproep aan de lezer. Via de vele Onthoud- en Belangrijk- blokjes krijgt de lezer feiten en tips ter onderbouwing van de geschetste utopische route. In de apotheose daarvan stelt Gawdat voor om onszelf te beschouwen als de liefhebbende ouders en opvoeders van machines. Investeer in het geluk van anderen, is zijn advies. Gawdat maakt ook de podcastserie SLO MO, waarin hij de tijd neemt om met zijn gasten over de diepere vragen van het leven te praten. Tip: ook over Griezelig slim maakte hij een tweedelige podcast.